Universiteiten nemen zorgen over werkdruk serieus

Artikel

Veranderingen in de wetenschappelijke omgeving vragen veel van medewerkers: meer verantwoording, druk om wetenschappelijke artikelen te publiceren en onderzoeksgeld aan te vragen, meer taal- en lesvaardigheid in het Engels, digitalisering van het onderwijs en toenemende begeleiding van studenten. Bovendien maakt onzekere financiering het steeds lastiger medewerkers een vast contract aan te bieden. Universiteiten zoeken naar mogelijkheden om werkdruk en onzekerheid te verlichten.

Wat doen universiteiten aan het terugdringen van de ervaren werkdruk en toenemende prestatiedruk van onderzoekers?

Universiteiten nemen het signaal over prestatiedruk serieus. Zo is in 2015 met cao-partijen afgesproken dat onderzoekers met een tijdelijk dienstverband voor het schrijven van subsidieaanvragen binnen de aanstellingsomvang tijd en scholing wordt geboden. Ook krijgen onderzoekers binnen hun aanstellingsomvang voldoende ruimte om de vereiste kwalificaties voor onderwijs te kunnen verwerven, als zij geschikt zijn voor een loopbaan als universitair docent en deze ook ambiëren. In opdracht van SoFoKleS (Sociaal Fonds voor de Kennissector) is in 2016 een verkennend rapport gepubliceerd naar werkdruk.

Tevens is onderzoek gedaan naar welke factoren van invloed zijn op de ervaren prestatiedruk van wetenschappelijk personeel. Dit rapport is in 2017 gepubliceerd en biedt de universiteiten handvatten om ervaren werk- en prestatiedruk onder medewerkers aan te pakken. Om de werkdruk terug te dringen is afgesproken dat elke universiteit uiterlijk eind 2017 een werkplan opstelt om werkdruk tegen te gaan.

In maart 2020 heeft ICTU het rapport Kernrapport WERKonderzoek 2019 uitgebracht: een periodiek enquêteonderzoek in opdracht van het ministerie van Binenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) naar o.a. de werktevredenheid van medewerkers in de publieke sector (zie deze webpagina voor het volledige rapport).

Op verzoek van VSNU is door S. Vrielink en S.G. de Groot op basis van de gegevens in het WERKonderzoek een analyse uitgevoerd naar de situatie bij de Nederlandse universiteiten. Daaruit blijk dat zowel het ondersteuend personeel als het wetenschappelijk personeel veel werkdruk ervaren.

Onzekere financiering leidt tot een toename van tijdelijke dienstverbanden

De afgelopen decennia is de financieringssystematiek van universiteiten drastisch veranderd. De rijksbijdrage per student die universiteiten van de overheid krijgen is daarbij sterk gedaald. Universiteiten zijn bovendien steeds afhankelijker geworden van andere financieringsbronnen – de tweede en derde geldstroom. Deze middelen moeten in competitie verworven worden en zijn per definitie tijdelijk van aard. Veelal gaat het daarbij in de uitvoering om promovendi en startende onderzoekers met een tijdelijk contract. Daar komt nog bij dat steeds meer onderzoeksprojecten, zowel nationaal als internationaal, financieel moeten worden ‘gematcht’ door een eigen bijdrage vanuit de universitaire middelen. Deze veranderingen leiden tot tijdelijke dienstverbanden, met name voor jonge wetenschappers.