CAO Einde dienstverband

Nederlandse Universiteiten
1 april 2023 t/m 30 juni 2024

08 Einde dienstverband

Artikel 8.1 Opzegging

  1. Opzegging door de werkgever dan wel de werknemer dient schriftelijk met redenen omkleed te geschieden met inachtneming van de geldende opzegtermijn.
  2. De opzegtermijn voor de werkgever en de werknemer bedraagt, tenzij anders wordt overeengekomen, in afwijking van artikel 7:672 tweede, derde, vierde, achtste en negende lid BW:
    1. drie maanden ingeval de werknemer bij het begin van de opzegtermijn twaalf maanden of langer onafgebroken in dienst was;
    2. twee maanden in de overige gevallen;
    3. in afwijking hiervan een maand bij een dienstverband dat is aangegaan na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
  3. Een dienstverband voor bepaalde tijd kan tussentijds door de werkgever en de werknemer worden opgezegd met inachtneming van de geldende opzegtermijn als bedoeld in het tweede lid. In afwijking hiervan bedraagt de opzegtermijn een maand ingeval de werknemer ten tijde van de opzegging korter dan zes maanden onafgebroken in dienst is geweest.
  4. Het dienstverband eindigt in ieder geval met ingang van de dag waarop de werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt.
  5. De werkgever kan het dienstverband voor onbepaalde tijd niet opzeggen of het dienstverband voor bepaalde tijd niet tussentijds opzeggen in het geval dat UWV na afloop van de periode van 104 weken arbeidsongeschiktheid bij de claimbeoordeling heeft vastgesteld dat er een resterende verdiencapaciteit is van meer dan 65%.

Artikel 8.2 Mededelingsplicht werkgever

  1. De werkgever informeert de werknemer schriftelijk uiterlijk een maand voordat een dienstverband voor bepaalde tijd eindigt:
    1. over het al dan niet voortzetten van het dienstverband; en
    2. bij voortzetting over de voorwaarden waaronder hij het dienstverband wil voortzetten.

      Indien de werkgever de verplichting niet nakomt is artikel 7:668 lid 3 van het BW van toepassing, waarbij onder loon salaris moet worden verstaan.

  2. Bij het ontslag deelt de werkgever de betrokkene mee, dat deze om in aanmerking te komen voor een uitkering op grond van de WW en BWNU verplicht is uiterlijk de eerste werkdag volgend op de eerste dag van werkloosheid bij het uitvoeringsorgaan aangifte te doen van de werkloosheid en binnen een week na het intreden van zijn werkloosheid een aanvraag om een uitkering in te dienen, onverminderd het overigens in de WW en de BWNU ten aanzien van verplichtingen van de betrokkene bepaalde. Dit is niet van toepassing op de werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. 

Artikel 8.3 Uitbesteding en verzelfstandiging

Bij uitbesteding of verzelfstandiging van onderdelen van de instelling zal voor de desbetreffende werknemers deze cao van overeenkomstige toepassing blijven of een bedrijfstak- of ondernemings-cao gelden.

Artikel 8.4 Overgang van een samenhangende groep werknemers

  1. Indien er tussen twee werkgevers, die binnen de werkingssfeer van deze cao vallen, een gehele of gedeeltelijke overgang van een samenhangende groep werknemers wordt overeengekomen, behouden de betrokken werknemers alle rechten en plichten die voortvloeien uit deze cao, met uitzondering van lokale regelingen, als ware er sprake van een dienstverband bij dezelfde werkgever.
  2. Met de werknemersorganisaties in het lokaal overleg kunnen in afwijking van het eerste lid andere afspraken worden gemaakt. 

Artikel 8.5 Transitievergoeding 

  1. De transitievergoeding is niet verschuldigd aan werknemers van universiteiten waarmee:
    1. het dienstverband voor onbepaalde tijd wordt beëindigd, of het tijdelijke dienstverband na afloop niet wordt voortgezet, wegens bedrijfseconomische redenen zoals bedoeld in artikel 7:669 lid 3a van het BW en,
    2. die aanspraak maken op een aansluitende BWNU-uitkering zoals bedoeld in artikel 6 van de BWNU 2020.
  2. Indien de werknemer als bedoeld in het eerste lid voorafgaand aan het ontslag schriftelijk afstand doet van het recht op deze aansluitende BWNU-uitkering, maakt deze werknemer alsnog aanspraak op de transitievergoeding.
  3. Dit artikel is niet van toepassing op de werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. 

Artikel 8.6 Herplaatsingsinspanningen bij einde dienstverband voor bepaalde tijd

Bij het eindigen van dienstverbanden voor bepaalde tijd, anders dan door opzegging door de werknemer, door de bereikte AOW-gerechtigde leeftijd en anders dan tijdens de proeftijd als bedoeld in artikel 2.2 lid 2, verplicht de werkgever zich tot herplaatsingsinspanningen zoals bedoeld in artikel 72a WW en tot verbetering van de positie van de werknemer op de arbeidsmarkt. In dat kader zullen in ieder geval mogelijkheden van omscholing, bijscholing en cursussen worden bezien onder afweging van kosten en baten. De werkgever zal een keuze uit deze maatregelen maken afhankelijk van de duur van het dienstverband en de leeftijd van de betrokken werknemer. Op grond van deze indicatoren stelt de werkgever vast of en in welke mate deze maatregelen na beëindiging van het dienstverband voor bepaalde tijd zullen worden voortgezet.