CAO Pensioen en sociale zekerheid

Nederlandse Universiteiten
1 april 2023 t/m 30 juni 2024

7.1 Pensioen en sociale zekerheid

Artikel 7.1 Pensioen

  1. Voor de werknemer die in de Wet Privatisering ABP als overheidswerknemer wordt aangemerkt, geldt met betrekking tot de pensioenvoorziening het voor hem bepaalde in het Pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds ABP.
  2. Voor de werknemer anders dan bedoeld in lid 1, geldt geen pensioenvoorziening bij de werkgever, tenzij anders is overeengekomen.

Artikel 7.2 Ziekte en arbeidsongeschiktheid

  1. Op de werknemer en de gewezen werknemer, bedoeld in artikel 7.1 lid 1, die wegens ziekte of arbeidsongeschiktheid geheel of gedeeltelijk verhinderd is arbeid te verrichten is van toepassing:
    1. hetgeen is bepaald in de ZANU; 
    2. hetgeen is bepaald in het Pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds ABP.
  2. Op de (gewezen) werknemer anders dan in lid 1 zijn de wettelijke werknemersverzekeringen van toepassing. 
  3. Behoudens strijdigheid met de wettelijke werknemersverzekeringen zijn de artikelen 2 tot en met 13 en 16 tot en met 18 van de ZANU van overeenkomstige toepassing op de (gewezen) werknemer in lid 2.
  4. Dit artikel is niet van toepassing op de werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt.
  5. Met ingang van 1 januari 2016 heeft de werknemer die recht heeft op een loongerelateerde WGA-uitkering waarvan de toegekende duur korter is dan de uitkeringsduur op grond van de Wet WIA zoals die luidde op 31 december 2015 en daardoor in totaal een lagere WGA-uitkering en ABP-arbeidsongeschiktheidspensioen ontvangt, recht op een reparatie-uitkering WGA op basis van de ZANU. 
  6. De duur van de reparatie-uitkering WGA is gelijk aan het verschil tussen de duur van de loongerelateerde WGA-uitkering volgens de Wet WIA zoals die luidde op 31 december 2015 en de toegekende duur van de loongerelateerde WGA-uitkering. 

Artikel 7.3 Werkloosheidsuitkering

  1. Bij gehele of gedeeltelijke werkloosheid kan de (gewezen) werknemer, bedoeld in artikel 7.1 lid 1, aanspraak hebben op een uitkering ingevolge de WW indien hij voldoet aan de bepalingen van de WW, alsmede op een bovenwettelijke uitkering ingevolge de BWNU indien hij voldoet aan de bepalingen van de BWNU.
  2. Voor de (gewezen) werknemer anders dan in lid 1 zijn bij werkloosheid uitsluitend de wettelijke werknemersverzekeringen van toepassing.
  3. Tijdens de looptijd van deze cao zullen cao-partijen - behoudens het gestelde in het vierde lid - geen wijzigingen in de BWNU doorvoeren.
  4. Over wijzigingen als gevolg van aanpassingen in de relevante wetgeving zullen partijen nader overleg voeren, conform het bepaalde in artikel 18 BWNU.
  5. Dit artikel is niet van toepassing op de werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. 

Artikel 7.4 Overlijdensuitkering

  1. Na het overlijden van de werknemer worden de bezoldiging en de nog niet opgenomen compensatie-uren over het lopende kalenderjaar uitbetaald tot en met de laatste dag van de maand van overlijden. 
  2. Zo spoedig mogelijk na het overlijden van de werknemer keert de werkgever aan de nagelaten betrekkingen zoals bedoeld in artikel 7:674 BW een bedrag uit gelijk aan de bruto bezoldiging over een tijdvak van drie maanden. Dit bedrag wordt netto uitbetaald voor zover de fiscale regels dat toestaan. 
  3. vervallen
  4. Op de uitkering wordt in mindering gebracht al hetgeen aan de overleden werknemer onverschuldigd is betaald.
  5. De werkgever kan nadere regels vaststellen ten aanzien van lid 1 en 2.
  6. Indien ingevolge artikel 1:413 en 1:414 BW het vermoeden van overlijden is uitgesproken, wordt op verzoek van de nagelaten betrekkingen een uitkering toegekend overeenkomstig het bepaalde in dit artikel. 
  7. Onder de dag van overlijden wordt in verband met lid 6 verstaan de laatst bekende werkdag van de werknemer.
  8. vervallen